Naar inhoud

Advies

Zo blijven je ledkaarsen het mooist: tips en advies
Jouw ledkaarsen gaan het langst mee als je ze netjes behandelt. Hieronder vind je een paar simpele tips voor het mooiste resultaat:
1. Voorkom verkleuring door (zon)licht
Plaats je ledkaarsen liever niet in direct (zon)licht – dit geldt zowel voor het kaarsje zelf als het vlammetje. Fel licht kan zorgen voor verkleuring, vooral bij lichtere kleuren kaarsen. Zet je ze liever niet voor een raam, buiten of op een plek waar veel licht naar binnen valt. Wax is een natuurlijk product dat kan verkleuren door licht. 
2. Let op vervorming door warmte
De ledkaarsen kunnen vervormen als ze te warm worden, bijvoorbeeld in de zon of achter het raam. Dit komt omdat wax, net als gewone kaarsen, gevoelig is voor warmte. Wil je toch kaarsen bij het raam? Kies dan voor de buitenkaarsen van plastic. Die vervormen niet, maar let wel op: het vlammetje zelf kan nog steeds verkleuren door de zon.
3. Bescherm tegen regen
Binnenkaarsen zijn niet geschikt voor buitengebruik door zon en regen. Buitenkaarsen (plastic) kunnen wel wat regen hebben, maar zijn niet helemaal waterdicht. Staat er een fikse bui op komst? Zet ze dan liever even binnen om beschadiging te voorkomen.
4. Schoonmaken
Stof je kaarsen eenvoudig af of gebruik een licht vochtig doekje om ze schoon te maken.
Tip: Geef je kaarsen regelmatig een nieuwe plek binnenshuis om verkleuring te voorkomen en ze telkens anders te stylen!